Professor of Work and Organizational Psychology

Op 29 september presenteerde de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving het rapport Op de rem! Diezelfde avond was ik te gast in het NOS-radioprogramma Met het Oog op Morgen om erover te spreken. Volgens de Raad verkeert Nederland in een “hypernerveuze samenleving” waarin psychische problemen toenemen en de mentale volksgezondheid structureel onder druk staat. Als oplossing pleit men voor een ingrijpende sociaal-culturele verandering, met verbinding, verscheidenheid en vertraging als kernwaarden. Hoewel deze analyse herkenbaar en sympathiek aandoet, zijn er ook kritische kanttekeningen te plaatsen.
De paradox van stress en geluk
Een eerste punt betreft de paradox dat Nederland enerzijds te maken zou hebben met een sterke toename van stress en psychische klachten, terwijl het anderzijds al jaren behoort tot de gelukkigste landen ter wereld. Volgens internationale onderzoeken, zoals het World Happiness Report, rapporteren Nederlanders een hoge mate van levensvoldoening en vertrouwen in de samenleving. Dit suggereert dat de problematiek genuanceerder ligt: het is mogelijk dat mensen psychische klachten ervaren in hun dagelijks functioneren, terwijl zij zich tegelijkertijd gelukkig achten met hun leven in bredere zin. De Raad signaleert dus wel reële spanningen, maar miskent dat deze naast een hoge mate van ervaren welzijn kunnen bestaan.
De maakbaarheid van de samenleving
Een tweede kritiekpunt betreft het idee dat de samenleving kan worden afgeremd door beleidsinterventies of culturele initiatieven. De oproep om te vertragen en meer rust en verbinding te organiseren is sympathiek, maar wellicht ook naïef. De moderne economie en technologie drijven ons onafwendbaar richting meer efficiëntie, snelheid en competitie. Globalisering, digitalisering en kunstmatige intelligentie versterken die trend. Bovendien past een verlangen naar intensiteit, prikkels en ervaringen bij de moderne levensstijl; veel mensen zoeken juist bewust een snel en rijk gevuld leven op. De vraag is daarom of een fundamentele culturele koerswijziging wel realistisch is, of dat het rapport vooral een normatief ideaal schetst. Ikzelf denk het laatste.
Kritiek op moderniteit is van alle tijden
Daar komt bij dat zorgen over de mentale gevolgen van moderniteit bepaald niet nieuw zijn. Aan het einde van de 19e eeuw werd de term neurasthenie (letterlijk zenuwzwakte) populair: een diagnose die vermoeidheid, prikkelbaarheid en nervositeit beschreef als ziekten van de moderne tijd. Ook toen klonk de waarschuwing dat de samenleving te snel, te hectisch en te veeleisend werd. In die zin past het huidige pleidooi in een lange traditie van cultuurkritiek, waarin telkens opnieuw wordt benadrukt dat de moderniteit een prijs vraagt van de menselijke psyche.
Verruiming van het ziektebegrip
Een laatste kritiekpunt betreft de manier waarop psychische problemen tegenwoordig worden gedefinieerd. In de afgelopen decennia heeft zich een duidelijke verruiming van het ziektebegrip voorgedaan. Alledaagse problemen en menselijke ervaringen zijn steeds vaker geclassificeerd als stoornissen waarvoor professionele hulp beschikbaar is. Drukke kinderen krijgen het label ADHD, een nare gebeurtenis wordt benoemd als trauma, en verdriet als depressie. Dit proces leidt onvermijdelijk tot hogere prevalentiecijfers en tot de indruk van een groeiende epidemie van psychische problemen, terwijl er mogelijk vooral sprake is van een veranderde duiding en medicalisering van het dagelijks leven.
Ten slotte
Het rapport Op de rem! legt terecht de vinger op de zere plek van de hedendaagse samenleving: prestatiedruk, versnelling en individualisering hebben onmiskenbaar impact op ons welzijn. Toch is het belangrijk oog te houden voor de genoemde paradoxen en beperkingen. Nederland is tegelijk een van de gelukkigste landen ter wereld en een samenleving die bezorgd is over stress en burn-out. Kritiek op moderniteit is niet nieuw, maar een terugkerend cultureel fenomeen. En de verruiming van het ziektebegrip verklaart deels waarom psychische problemen zo zichtbaar zijn geworden. Daarmee blijft de vraag open of we werkelijk op een nieuw kantelpunt staan, of dat we vooral een herhaling van oude zorgen zien in een nieuwe verpakking.
Deze reactie verscheen op Linkedin 30 september 2025